Vandaag is het ‘Dag van de jeugdbeweging’. Deze verdiende de laatste jaren zijn plaatsje op de kalender, naast grote broers zoals de ‘dag tegen kanker’, ‘dag van de mobiliteit’, werelddierendag en noem maar op. Maar deze heeft een bijzonder plekje in mijn hart. Een groot stuk van wie ik ben is namelijk in die context gevormd. Van kleins af aan stond ik op zondag met mijn laarzen in de modder, deed ik spelletjes in de gietende regen en lag ik op mijn rug in het gras naar de wolken te staren wanneer we het te warm vonden om te bewegen. De ene zondag was de andere niet, maar ik hield vol en kende een lange passage in de jeugdbeweging en in een jeugdwerkorganisatie. Ik beleefde het als kind: voelen wat samenhorigheid is, avontuurlijke uitdagingen aangaan, creatieve oplossingen zoeken om het bosspel te winnen. En later, als jongvolwassene stond ik aan de andere kant en probeerde deze kostbare waarden op mijn beurt door te geven aan een volgende generatie. En eens per jaar, op de dag van de jeugdbeweging doen we nog eens mee. Zijn we nog eens één van hen. En daarom vulde ik vandaag Facebookpolls in. Je kwam ze waarschijnlijk al tegen: geef deze foto een like-je voor de chiro, een hartje voor de scout, een ‘geweldig’ voor de ksa en een ‘ooh’ voor de klj. Wie is de beste? Dat is de vraag van vandaag. Dus klik ik ijverig op de jeugdbeweging waar ik groot in werd. Goed opletten, want het hartje is de ene keer chiro, de andere keer scouts. Ik wil het niet op mijn geweten hebben om voor de verkeerde te stemmen! Uiteraard is elke jeugdbeweging goed en draagt elke jeugdbeweging bij aan wie je wordt. Maar de concurrentie tussen de jeugdbewegingen onderling, dat hoort er nu eenmaal bij. Want dat maakt dat je bij een groep hoort. Wij tegen zij. En wij zijn de beste. Niets zo heerlijk als groep zijn en nog veel heerlijker: groep zijn tegen de rest. Wat een gevoel! Het mag voor één dagje, want het is eigen aan het beestje mens. Een beetje oordelen over de ander en jezelf beter vinden. In Geweldloos Communiceren, een communicatiemodel waarover ik trainingen geef bij iLean, heet dit Jakhalzen. Jakhalzen betekent dat je jezelf eens helemaal laat gaan en lekker oordeelt over de ander. Jakhalzen is zwart-wit denken en al bij voorbaat weten dat je de beste bent. Jakhalzen is ook je eigen mening hebben en zeker weten dat het de enige juiste is. Dat alles is jakhalzen. Op zich is dat natuurlijk niet fraai. Het belemmert ons om onbevangen naar anderen te kijken en om de ander te kunnen zien zoals hij is. Zonder meer. Door te jakhalzen verberg je ook wat jij echt nodig hebt en kan je ook heel moeilijk inschatten wat de ander nodig heeft. En dit gaat dan over zaken als respect, samenhorigheid, acceptatie. Want daar draait het om, toch? Ja, we zeggen graag dat onze jeugdbeweging de beste is. Maar wat we eigenlijk willen zeggen is dat we nood hebben aan acceptatie. Acceptatie door diegenen die het dichts bij ons staan, de leden van ons eigen clubje. Dit uitspreken van wat je echt nodig hebt, heet in Geweldloos Communiceren de taal van de giraf. De giraf ziet alleen wat mensen nodig hebben, en doorprikt het gejakhals om haar heen. Ze laat je zien welke van jouw behoeften niet vervuld zijn. Maar omdat de meeste van ons maar hele kleine babygirafjes zijn, en we het jakhalzen met de paplepel ingekregen hebben, zeggen we dat op zijn jakhals: ‘wij zijn de beste’ in plaats van ‘wij hebben er nood aan om onze samenhorigheid uit te drukken. Want dan voel ik me veilig.’ Over hoe je jouw babygiraf kan laten groeien schrijf ik in het boek dat hier aan het broeden is. Giraf en Jakhals komen daarin uitvoerig aan het woord, samen met een heel aantal andere dieren. Het wordt een fabel voor volwassenen. Voor vandaag wil ik je meegeven dat af en toe wat jakhalzen mag. Het lucht al eens op en het doet je beseffen dat je met een behoefte zit die op het moment dat je begint te foeteren niet vervuld wordt. Als ik grommel op Huisband omdat hij de vuilzak niet naar de garage bracht, wil ik eigenlijk zeggen dat ik nood heb aan steun. Dat ik apprecieer dat hij er altijd voor me is maar net op dat moment even niet. Alleen spreekt mijn jakhals sneller dan mijn giraf en vertel ik hem dus dat ik weeral de vuilbak zelf naar de garage moest dragen in plaats van dat ik nood heb aan wat steun in het runnen van dit megagezin. Je raadt al dat hij op die tweede zin heel anders zou reageren dan op de eerste, die ik wél uitsprak. Het zal me leren, niet naar mijn giraf luisteren.
|
Kirsten De ConinckDuizendpoot. Moeder van 4. Creatief. Visualisator. Natuurmens. Tekenaar. Stiltezoeker. Genieten. Verteller. schrijverDag lezer die graag leest. Las je mijn romans al? Archieven
January 2024
Categorieën
All
|
Vind me terug. |
|